De wens van een gemeente is om een stuk grond waar enkele agrarisch georiënteerde bedrijven op zitten te gebruiken voor woningbouw. Het gebied ligt aan twee zijden ingesloten in reeds geplande woningbouw. De bedrijven hebben zich stevig verweerd tegen het bouwen van woningen binnen de hindercirkel van hun bedrijven ( binnen circa 100 meter vanaf het bedrijfsterrein) door bezwaar te maken tegen het uitwerkingsplan en tegen de afgegeven bouwvergunningen. In de rechtszitting van de behandeling van een schorsingsverzoek onder andere tegen bouwen binnen deze hindercirkel verweert de gemeente zich met allerlei oneigenlijke middelen. Ze hebben een detective rapport waaruit zou blijken dat de hindercirkel kleiner is dan de ongeveer 100 meter om zodoende toch dichter op de bedrijven te kunnen bouwen. Omdat dit detectiverapport niet tevoren aan partijen is toegestuurd, maar in de uitgebreide pleitnota is verwerkt wordt het na protest van de advocaat van de bedrijven door de rechter uit de nota gescheurd. Ook bedient de gemeente zich van allerlei insinuaties als zouden de bedrijven er illegaal zitten.

 

Na de schorsingszitting worden de bedrijven gebeld door de gemeente met het verzoek in gesprek te gaan met de projectontwikkelaar welke de huizen wil bouwen. Deze was blijkbaar bang dat de gemeente de schorsingszaak zou verliezen en wilde een oplossing in de minne. De projectontwikkelaar stelde een regeling voor waarbij de bedrijven een alternatieve locatie zouden krijgen en de bedrijfswoningen zouden worden vervangen door nieuwbouw, zodat de familie van de bedrijfseigenaren op bestaande locatie konden blijven wonen. Er zijn -afspraken gemaakt met de projectontwikkelaar en de gemeente in het holst van de nacht (zie krantenartikel1) om tot de verplaatsing te komen. Een uitgebreide financiële regeling voor de genoemde verplaatsing is getroffen en dit alles in ruil voor het intrekken van het schorsingsverzoek tegen de geplande woningbouw. De volgende ochtend voor 10.00 uur zou de rechter uitspraak doen en voor die tijd moest, nu alles was geregeld, het schorsingsverzoek worden ingetrokken.

 

De bedrijven trekken dit schorsingsverzoek in en de bouwers gingen bouwen.

De rest van de overeenkomst wordt echter niet uitgevoerd. De gemeente en bouwers hadden de buit binnen en voor de bedrijven werd niets meer gedaan. Na verloop van tijd werd helder dat het de bedoeling was dat de overeenkomst zou vervallen of dat tenminste een aantal belangrijke financiële verplichtingen zouden worden beperkt. Er werden zoveel obstructies opgeworpen met de bedoeling dat de bedrijven de kont tegen de krib zouden gooien en zouden afhaken. Dit beleid werd ook door de gemeente gehanteerd die weliswaar slechts vergunningverlener en beoordelaar zou moeten zijn maar ook financiële belangen had in de projectontwikkeling. De belangenverstrengeling tussen gemeente en projectontwikkelaar wordt hier akelig duidelijk. De vergunningenverlening voor de nieuwe bedrijfsgebouwen werden vertraagd en deels onmogelijk gemaakt, wethouders en ambtenaren informeerden de gemeenteraad onjuist, ambtenaren waren hun toezeggingen plots vergeten en de advocaten begonnen een lastercampagne tegen de bedrijven. In procedures aangespannen door de bedrijven werd door de advocaten allerlei onzin ingebracht om maar zoveel mogelijk verwarring te schoppen voor de rechter. Allerlei nieuwe obstructies worden gepleegd en steeds als er een obstructie door de inventiviteit van de bedrijfseigenaren is opgelost worden er weer nieuwe bedacht en daarnaast wordt steeds ontkend dat er een overeenkomst bestaat. Alles dienende om de bedrijven moedeloos te maken zodat ze zouden afhaken. Hierbij voor de geïnteresseerden een volledig overzicht van de obstructies en bijbehorende achtergronden.

Het doel van de gemeente en projectontwikkelaar was duidelijk. De overeenkomst onderuit halen met alle mogelijke middelen zodat de bedrijven onteigend konden worden. De gemeente denkt hiermee geld uit te sparen.

 

Uiteindelijk komt het voor de rechter. In de zitting wordt aan de advocaten van de gemeente en de bouwers duidelijk gemaakt dat ze op moeten houden met muggenziften en moet ieder vertellen wat er nog mankeert aan de reeds gemaakte akten. De rechter dwingt de partijen in een marathon zitting te komen tot een compromis op basis van de door de projectontwikkelaar in de week ervoor in de haast gemaakte akten. De bouwers en de gemeente komen hier uiteindelijk met voordeel uit. De oorspronkelijke overeenkomst moet wel weliswaar worden uitgevoerd, maar er worden grote financiële voordelen binnengehaald door de bouwers en de overheid, omdat de bedrijven opzien tegen het nog jarenlang doorprocederen. Hier blijkt weer eens dat alle obstructie wordt beloond door de lange adem van de overheid. De rechter legt de nieuwe afspraken in een proces verbaal vast.

 

Met dit proces verbaal kan door een notaris de akten worden aangepast.

Ook met dit opstellen van de definitieve akten wordt door de gemeente en projectontwikkelaar steeds weer vertraging gezocht en bereikt. Er leeft nog steeds een wens bij de gemeente BOY en projectontwikkelaar om de overeenkomst onderuit te halen.

Maanden na de in de rechtszitting gemaakte gewijzigde overeenkomst vastgelegd in het proces verbaal is er nog geen zicht op uitvoering van de overeenkomst.

 Uiteindelijk worden er door BOY en de projectontwikkelaar weer zoveel obstructie gepleegd dat er niets anders opzit om weer naar de rechter te stappen. De bedrijfseigenaar houdt ook een week voor de nieuwe zitting een inspraak in de stadsdeelcommissie over deze gang van zaken. (Deze inspraak wordt op wonderbaarlijke wijze door de gemeente direct als bewijsmateriaal naar de rechter gestuurd ter stemmingmakerij)

Er wordt in een zitting wederom een akkoord gesloten en een definitieve datum voor overdracht wordt door de rechter vastgelegd in een nieuw proces verbaal. Zie krantenartikel2

Ook hierna worden er weer hindernissen opgeworpen door BOY tot op de avond voor het passeren bij de notaris. De bedrijven gaan niet meer op nieuwe obstructies van BOY en projectontwikkelaar in en houden zich aan de aktes en processen verbaal.

Bij de notaris wilden de projectontwikkelaar en BOY weer opnieuw gaan onderhandelen. Hier zijn de eigenaren van de bedrijven niet meer op ingegaan. De notaris constateerde dat de projectontwikkelaar en BOY nog niet hun noodzakelijke gelden hadden gestort en ook hun andere verplichtingen nog niet waren nagekomen. Ze wilden eerst nog onderhandelen. Hier was nu de gelegenheid niet meer voor. Alle punten hadden ze in de rechtzaal moeten inbrengen. Met twee uur vertraging is uiteindelijk toch getekend. De bedrijven hadden tevoren  dit scenario doorgepraat met hun adviseurs. BOY en projectontwikkelaar probeerden tot op het laatste moment de boel te laten ploffen omdat dit ze beter uitkwam. (zie volledig overzicht) De bedrijven zouden niet meer ingaan op onderhandelingen en eventueel op de gang gaan wachten, maar zeker niet weg lopen omdat dan de projectontwikkelaar en BOY een beroep konden doen op niet nakoming. Er is door BOY die ochtend nog stevig overleg gevoerd met de betrokken wethouder omdat er niet bereikt werd wat BOY hem had voorgehouden. De Haagsche Courant volgt de afloop met argusogen. Uiteindelijk wordt, nadat BOY en projectontwikkelaar hun geld alsnog telefonisch hebben overgemaakt en een koerier de ontbrekende stukken is komen brengen, met enkele uren vertraging toch getekend.

.